In de eigen kaasmakerij van de abdij vervaardigen de monniken kazen van geiten- of koemelk. Dat gebeurt ambachtelijk en biologisch: ze gebruiken zoveel mogelijk ingrediënten van eigen landgoed of van boeren uit de omgeving.
De lijfspreuk Ora et labora, ‘bid en werk’, ligt ten grondslag aan het besluit een eigen kaasmakerij te openen. Jonge monniken wordt hiermee een kans geboden om unieke producten te vervaardigen. Het ambachtelijke proces van het kaasmaken neemt meerdere dagen in beslag.
Op ambachtelijke wijze worden door monniken unieke kazen vervaardigd. Kazen met verschillende smaken op basis van biologische geiten- of koemelk. Speciale kruiden of een van de La Trappe bieren geven deze kazen hun bijzondere karakter. De Trappistenkaas wordt op biologische wijze geproduceerd waarbij zoveel mogelijk de ingrediënten van het eigen landgoed worden gebruikt. De kaasmakerij is opgericht met oog voor mens en maatschappij. Een deel van de opbrengst van de kaasmakerij komt ten goede aan de maatschappelijke doelen van de abdij.
Het bier La Trappel Dubbel wordt in Nederland het meest verkocht en is iets bitter. Soms vraagt men om een scheutje grenadine, maar dat vinden wij als monniken niet kunnen. Juist het donkere van dit bier is uniek en die smaak komt in deze kaas terug. Maar het is vooral de pittige smaak die deze kaas bijzonder maakt. De kaas mag best wat langer liggen, dat komt de smaak alleen maar ten goede. De kaassmaak ligt op het puntje van de tong. De biersmaak volgt daarna en die combinatie vormt een aparte smaaksensatie.